Dit is het digitale archief van delen.meteddie.nl
Hier vind je content die zonder dit initiatief in de prullenbak was beland.
Standaard weergave van een item.

Ready for the ride - Moreel Leiderschap in de praktijk

Laatst bijgewerkt op:

Zorgen voor... Moreel Leiderschap in de praktijk Zorgen voor… Drie slogans - Op CBS Het Startblok hebben we tijdens de eerste schoolweek in groep 6a een aantal kerngedachten verwoord, waarin zorg voor onszelf, elkaar, de sfeer en de spullen centraal staat. De volgende ZORGEN VOOR 'slogans’ zijn hieruit voort gekomen:

  1. Voor mijzelf zorg ik goed.
  2. Voor de ander zorg ik goed.
  3. Voor de sfeer en de spullen in de klas zorg ik goed.

We herhalen deze slogans bijna dagelijks en toetsen ze ook aan de praktijk van alle dag. Soms gaat dit speels, wat tijdens de Gouden Weken (de eerste weken, waarin kennismaken en groepsvorming een belangrijke plaats innemen) op allerlei manieren vorm kan krijgen. Ze hangen ook achter in de klas aan de muur, waarnaast de begrippen respect, veiligheid en verantwoordelijkheid zijn toegevoegd, die je overal in school op dezelfde wijze tegenkomt. Leerlingenraad / commissies – Voorafgaand aan de zomervakantie zijn we met een Leerlingenraad op school van start gegaan. Een aantal leerlingen van de groepen 6 t/m 8 denkt mee over de school, het plein, afval scheiden, fietsen stallen, materialen, het wc-gebruik en talloze andere dingen waarmee leerlingen te maken krijgen. In groep 6a zijn we ook met commissies gestart. Zo hebben we een computercommissie, een uitdeelcommissie, een schoonmaakcommissie, een schoonheidscommissie en een crea-commissie. Elke commissie stelt wekelijks een voorzitter aan, die tijdens deze periode verantwoordelijk is voor het reilen en zeilen binnen de commissie. In theorie een mooi initiatief, maar nu de praktijk nog. Het is boeiend te zien hoe een aantal leerlingen zich echt verantwoordelijk voelt voor de taken binnen hun commissie, waar anderen graag hun snor drukken en het niet zo nauw nemen met de afspraken, wat de anderen weer frustreert. Een weerspiegeling van de samenleving, zo lijkt het. Binnenkort gaan we evalueren en mogen de leerlingen met tips en tops komen. Hoe belangrijk is het de drie ‘morele kapstokken’ ZORGEN VOOR ook vanuit deze commissies een zinvolle betekenis te geven. De verdieping – Over de samenleving gesproken: in Dagblad Trouw d.d. 12 september 2019 worden twee pagina’s gewijd aan het thema Moreel Leiderschap. Kitty Kok kijkt na haar vertrek bij het Openbaar Ministerie terug op de cultuur binnen deze organisatie in relatie tot integer handelen. In de kantlijn worden ook andere organisaties tegen het licht gehouden. Het artikel mondt uit in een pleidooi voor ethisch handelen. Wat maakt je tot een moreel manager? Durf je als leider je handen te branden aan zaken die om aandacht en een stellingname vragen? Kleine dilemma’s – Is er aandacht voor kleine dilemma’s? (waarmee wij binnen het onderwijs en in de klas ook te maken krijgen.) Herkennen we deze en beseffen we hoe belangrijk het is tijd voor deze dilemma’s uit te trekken en dus ook voor elkaar? Wat zijn de onderlinge verhoudingen? Wat bepaalt de bedrijfscultuur en wie zijn hier verantwoordelijk voor? Hoe integer zijn we met z’n allen? Een voorbeeld uit het onderwijs: In de pauze roddelen leerlingen door het schoolhek met kinderen van de nabijgelegen school over een leerling uit groep 6a? Wat doen we hiermee als leerkrachten? Staan we ergens in een hoekje van het plein koffie te drinken, of nemen we actief deel aan de pauze? Zelf mis ik deze boot nog wel eens. Nog een voorbeeld: Waar eindigt zinvol praten over ouders en hun gedrag in de teamkamer en begint het roddelen over hen? Moreel en immoreel gedrag en leiderschap liggen soms dicht bij elkaar. Handelen we integer naar wat we zelf belangrijk vinden, ook in het onderwijs? Dit soort en andere kwesties stelt Kitty met betrekking tot het Openbaar Ministerie aan de orde. Zien we onze eigen, blinde vlekken wel voldoende onder ogen? 'Schermen we met z’n allen onze eigen toko niet te vaak af, ook waar het om veranderingen gaat?’, denk ik bij mezelf? Aan de andere kant: krijgen veranderingsprocessen wel de kans om in te dalen, waar het één en ander om meer tijd, ruimte en ook rijping vraagt? Houd ik wel voldoende energie over in mijn klas te investeren, relaties met leerlingen aan te gaan en het leven en leren samen te vieren, of vlieg ik onbewust – hoe goed bedoeld ook – toch weer van het ene overleg naar het andere? Op Het Startblok wordt er gelukkig ook ruimte vrijgemaakt om onder schooltijd met leerlingen één op één te sparren, met de ‘leiders’ in de klas in contact te komen en met de stille kinderen een gesprek aan te gaan. Quality time – Tegen het einde van het interview merkt Kitty op: ‘Had ik al die routineuze vergaderingen over lange rapporten er maar uitgesmeten en meer aandacht besteed aan die ogenschijnlijk kleine dilemma’s.’ Er zijn talloze zaken waarmee op werkplekken wordt geworsteld, ook in het onderwijs, waaraan geen, of nauwelijks, aandacht wordt besteed, omdat de wil er niet is, of er simpelweg geen tijd voor is. Hebben we op school voldoende tijd voor elkaar, of is de afspraak-, overleg- en vergadercultuur vooral leidend in wat we doen? Sta ikzelf wel voldoende open voor mijn leerlingen? Waarmee worstelen zij in groep 6a? ‘Jantjes’ opa is overleden; ‘Marietje’ moet de scheiding van haar ouders verwerken; ‘Bellefleur’ komt niet goed mee in de klas, waaronder zij zichtbaar lijdt? Zijn de drie morele ZORGEN VOOR slogans leidend in de samenleving, in het onderwijs en gáán we hier met z’n allen dit nieuwe schooljaar voor, ook in groep 6a? Ja toch, zeker!;None;None